Belastingvoordeel AOWers met vermogen vervalt in 2016
Ontvangt u AOW en heeft u verder weinig inkomen, maar heeft u wel meer vermogen dan € 21.437? Dan krijgt u te maken met de afschaffing van de ouderentoeslag.
Iedereen met spaargeld of andere bezittingen betaalt belasting over zijn vermogen. Maar niemand betaalt belasting over zijn gehele vermogen. Een deel van het vermogen is vrijgesteld, dit wordt het heffingsvrije vermogen genoemd. Voor 2015 is dit heffingsvrije vermogen voor iedereen € 21.330 (in 2016 is dit naar verwachting € 21.437).
Indien u een fiscaal partner heeft, heeft u samen een vrijgesteld vermogen van € 42.660 (in 2016 is dit naar verwachting € 42.874). Over het vermogen dat hoger is dan € 21.330 betaalt u jaarlijks 1,2% vermogensrendementsheffing.
AOW´ers met weinig inkomen hebben een extra vrijstelling bovenop dit heffingsvrije vermogen, dit is de ouderentoeslag. De ouderentoeslag geeft een extra vrijstelling, afhankelijk van het inkomen van € 14.118 of € 28.236.AOW´ers met een inkomen van minder dan € 14.431 hebben een extra vrijstelling van € 28.236. Bij een inkomen tussen de € 14.431 en € 20.075 is de extra vrijstelling € 14.118. Een alleenstaande AOW´er met een inkomen lager dan € 14.431 heeft dus een vrijgesteld vermogen van € 49.566 ( €21.330 + €28.236).
Wat zijn de gevolgen voor uw inkomstenbelasting
Omdat deze extra vrijstelling vervalt in 2016 is uw belastbaar vermogen in 2016 hoger. U gaat hierdoor meer belasting betalen. Maximaal € 338 , of als u een fiscaal partner heeft € 676.
Indien u een voorlopige aanslag inkomstenbelasting 2016 ontvangt, houdt de Belastingdienst rekening met het vervallen van de ouderentoeslag. De voorlopige aanslag wordt automatisch aangepast. Ontvangt u geen voorlopige aanslag, dan merkt u deze verandering bij het doen van de aangifte inkomstenbelasting 2016. Het is eventueel raadzaam om een voorlopige aanslag inkomstenbelasting 2016 aan te vragen. Middels een voorlopige aanslag kunt u de verschuldigde belasting in termijnen voldoen.
Wat zijn de gevolgen voor uw toeslagen
De hoogte van uw vermogen bepaalt tevens of u recht heeft op zorgtoeslag, huurtoeslag of kindgebondenbudget. Heeft u op 1 januari 2016 meer vermogen dan €21.437, dan heeft u in 2016 geen recht op huurtoeslag. Heeft u in 2016 een fiscaal partner, dan heeft u recht op huurtoeslag indien uw vermogen op 1 januari 2016 minder is dan € 42.874.
Heeft u op 1 januari 2016 meer vermogen dan €103.941, dan heeft u in 2016 geen recht op zorgtoeslag of kindgebondenbudget. Heeft u in 2016 een fiscaal partner, dan heeft u recht op zorgtoeslag of kindgebondenbudget indien uw vermogen op 1 januari 2016 minder is dan € 125.378.
Wij adviseren u, indien u verwacht dat u geen recht meer heeft op bovengenoemde toeslagen de toeslag stop te zetten. Anders dient u later de onterecht ontvangen toeslag(en) terug te betalen.
Een andere mogelijkheid is uw geld voor 1 januari 2016 te besteden zodat uw vermogen op 1 januari minder is dan de bovengenoemde grenzen. U kunt belastingvrij € 512 thuis in contanten hebben. Indien u een fiscaal partner heeft is dit belastingvrije bedrag € 1.024.
Overig gevolg
De hoogte van de eigen bijdrage die u dient te betalen wanneer u wordt opgenomen in een verzorgingstehuis is onder andere afhankelijk van het belastbaar vermogen. Doordat het belastbaar vermogen in 2016 toeneemt door de afschaffing van de ouderentoeslag, dient u een hogere eigen bijdrage te betalen in 2016.
Mocht u hierover vragen hebben, neemt u dan contact met ons op.